vergroot met een klik
Zutendaal
Kerk
van Wiemesmeer
Zuidelijke muur
Middagzonnewijzer
Bouwjaar: 1936 / restauratie 2006
Ontwerp: kanunnik J. Coenen
Berekening
voor de restauratie: Willy Leenders
Spreuk: HOC EST DILUCULUM FULGEAT LUX
(Hier breekt het licht door, laat het schijnen)
Bijzonderheden
De kerk van Wiemesmeer werd gebouwd in 1935 en
1936 als een replica van de verdwenen kerk van de
cisterciënzerinnen-
abdij
van Hocht in Lanaken. De bouwheer,
kanunnik J. Coenen, was historicus, gespecialiseerd in de geschiedenis
van de bouwkunst. Hij liet aan de kerk allerlei ornamenten aanbrengen
waaronder een middagwijzer. Men spreekt ook van
‘zonneladder’, zinnebeeld van Gods weldaden,
verwijzend naar de bijbeltekst: “Als de zon op haar
hoogtepunt staat, zult ge hulp krijgen.”
In de muur van de
kerk boven
het dak van de sacristie is er een sleuf die aan de binnenkant van de
kerk boven het doksaal uitmondt op een rechthoekige opening van
ongeveer 20 cm hoog.
Precies op het middaguur laat die het zonlicht door. Dat werpt op de
vloer een lichtvlek. Dit is dus een zonnewijzer voor slechts
één uur, het middaguur.
Voor de datums 21 juni en 21 december zijn de plaatsen waar de
lichtvlek dan valt, gemarkeerd. Ook de plaats in de middengang waar de
lichtvlek valt, is gemarkeerd.
Onder
op de balustrade van het doksaal staat het chronogram (jaarvers):
HOC EST DILUCULUM
FULGEAT LUX.
(Hier breekt het licht door, laat het schijnen)
Het woord DILUCULUM heeft hier zijn oorspronkelijke
etymologische
betekenis 'LICHTDOORBRAAK’. Later kreeg het woord de verengde
betekenis 'DAGERAAD' (het ogenblik dat het licht ’s morgens
‘doorbreekt’).
De
letters in het
chronogram die ook een Romeins cijfer voorstellen zijn groter
aangebracht dan de andere letters. Als je de waarde van die Romeinse
cijfers samentelt is de som gelijk aan 1936, het jaar waarin de kerk
werd ingewijd.
|